RH2INE locatiestudie
Vraag
De Nederlandse overheid zet sterk in op de ontwikkeling van waterstof als brandstof voor verschillende modaliteiten. Dit is onder andere vastgelegd in de EU Green Deal en in het Nederlandse Klimaatakkoord. In de uitvoeringsstrategie Waterstof in Mobiliteit (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat) is een uitwerking gemaakt voor de verschillende modaliteiten. Voor de binnenvaart is een van de concrete initiatieven hiervan het RH2INE-programma.
Het Europese RH2INE-programma heeft een kick-start studie geïnitieerd ter voorbereiding van investeringen in ten minste 3 waterstoftankstations in 3 kernbinnenhavens in Duitsland en Nederland, gelegen aan de Rijn-Alpencorridor tussen Rotterdam en Keulen. De kick-start studie bestond uit 4 samenhangende deelstudies die samen een strategisch uitrolplan hebben gevormd. De eerste drie studies bestonden vooral uit de uitwerking van markt scenario’s en technisch ontwerp. De vierde en laatste studie was de locatiekeuze voor de overslag van waterstof voor de binnenvaart. BCI is samen met CE Delft gevraagd om deze vierde studie uit voeren en op basis van locatie criteria en de benodigde ruimte voorstellen te doen voor potentiële overslag faciliteiten in Rotterdam, Duisburg en Keulen. Daarbij rekening houdend met groeiscenario’s waarbij ook andere modaliteiten van de faciliteiten gebruik kunnen maken. Tevens is gevraagd om hierbij een investeringsplan voor de verschillende locaties te maken.
Achtergrond
De partijen binnen het samenwerkingsverband RH2INE willen vanuit een corridorbenadering marktrijpe waterstoftoepassingen realiseren langs een van de oudste kernnetwerkcorridors van de EU met als doel de binnenvaart te verduurzamen. Nadat technisch is onderzocht hoe binnenvaartschepen waterstof als brandstof kunnen gebruiken en op welke manieren dit technisch uitvoerbaar is, is het van belang dat waterstof ook op de juiste locaties beschikbaar komt voor de binnenvaart. Middels een tender heeft het RH2INE programma de vraag voor de locatiestudie uitgezet. Op basis van de complementaire expertises en goede ervaringen met samenwerking heeft BCI een consortium met CE Delft en KIWA samengesteld en is dit consortium geselecteerd.
Onze aanpak
BCI heeft het locatie onderzoek voor waterstofbunkervarianten samen met CE Delft en KIWA-technology uitgevoerd. De uitwerking van dit onderzoek is gebaseerd op 3 essentiële elementen. Deze zijn:
- Een combinatie van bureau expertises en beschikbare bronnen over alle noodzakelijke vereisten vanuit ruimtelijk, technisch, operationeel en financieel oogpunt.
- Het gebruik van bouwstenen van sleutelprojecten van de bureaus uitgevoerd in vergelijkbare omgevingen voor een snelle en grondige uitvoering.
- Toepassing van modellen voor analyse, selectie en vertaling in ruimtelijke eisen.
Wij hebben gedetailleerd onderzoek gedaan naar locatie-eisen en ruimtebehoefte voor de overslag van waterstof voor de binnenvaart voor drie locaties: Rotterdam, Duisburg en Keulen. Op basis van marktscenario’s voor de binnenvaart en andere modaliteiten zijn waterstof-vraagscenario's voor de nabije toekomst voor elke tanklocatie gemaakt, inclusief beoordeling van gecombineerd gebruik van de waterstoftankstations door andere modaliteiten (vanuit gebruikers- en technisch oogpunt). Ook is gekeken naar veiligheidsaspecten en logistieke aspecten van deze overslaglocaties. Deze onderdelen hebben geleid tot verschillende locatiecriteria voor overslaglocaties. Met de opdrachtgevers zijn hiervoor wegingscriteria opgesteld, waarmee aan de hand van een afwegingsmodel tot aanbevelingen voor locaties is gekomen.
Tenslotte is onderzocht welke extra investeringen er nog nodig zijn voor het meest preferentiële waterstoftankstation voor elke haven, waarin de investeringskosten en operationele kosten zijn opgenomen.
Resultaat
De resultaten hebben uiteindelijk inzicht gegeven in:
- de meest optimale overslagtechniek voor de binnenvaart (containers gevuld met waterstof onder een druk van 200 – 500 Bar);
- het verwacht aantal containers met waterstof die voor de binnenvaart op de middellange en langere termijn in de verschillende havens gebruikt zullen worden (aan de hand van verschillende scenario’s);
- de benodigde faciliteiten voor de overslag van waterstof voor de binnenvaart;
- de impact op de logistiek;
- benodigde extra investeringen.
Doordat container overslagtechnieken in de havens op de containerterminals al aanwezig zijn, zijn er niet veel extra investeringen voor de overslag nodig. Ook sluit deze overslag techniek goed aan bij de logistieke operaties van met name container schepen. Wel moet rekening gehouden worden met veiligheidsmaatregelen, omdat waterstof een gevaarlijke stof is.
Met de resultaten hebben de partners binnen het RH2INE programma vervolg acties kunnen definiëren om vervolg stappen te kunnen nemen om te komen tot realisatie van binnenvaartschepen die varen op waterstof.
Het rapport is te vinden op: https://www.rh2ine.eu/